En terwijl de Schepper, inherent
aan zijn aard, vol Liefde doorging met het scheppen, kwam er een soort van idee
in de Schepper naar boven. Alles is in mij en ik ben in alles, maar wie is de
Schepper. Hij kende zichzelf niet en had, als het ware, geen spiegel waarin hij
zichzelf kon “zien”. Het idee werd geboren, al het geschapene samen in een
Eenheid te scheppen en daardoor in deze Eenheid zichzelf te kunnen herkennen.
De kroon op zijn schepping. En hij begon en schiep de mens. En alles was in de
mens en de mens was in alles.
Zijn evenbeeld met dezelfde
liefdevolle manier van scheppen in zich als de Schepper bezat. De spiegel
waarin Hij zichzelf herkende. Alles wat de Schepper is, is ook de mens, zijn
evenbeeld, met dezelfde grootse creativiteit en scheppingsdrang. En hij
herkende zichzelf en zag neer op het wonder van zijn Zijn. En omdat de mens uit
de Schepper geschapen is, naar zijn evenbeeld, werd hij Zoon genoemd. De
eerstgeborene en de kroon op zijn schepping. Zijn evenbeeld, met al het
geschapene in zich en voor eeuwig verbonden met Al Wat Is. De Schepper is in de
Zoon en de Zoon is in de Schepper. Al het geschapene is in de Zoon en in de
Schepper. En in de Schepper en in de Zoon is al het geschapene. En dit is de
Eenheid in alles. Alles heeft alles in zich, dus ook zowel Yin als Yang, het
mannelijke en dus ook het vrouwelijke. Dus schonk hij zijn Zoon vol Liefde een
gelijkwaardig evenbeeld. De vrouw, zodat zij samen in Eenheid mede Scheppers
waren van de Schepper. Beide in compleet evenwicht, in het mannelijke zowel als
het vrouwelijke.
Liefs, Martha
Geen opmerkingen:
Een reactie posten